|
|||||||||||||||||||||||||||
Home > Instrumenten ter preventie > Indeling en etikettering Indeling en etikettering van stoffen en preparaten |
|||||||||||||||||||||||||||
Momenteel worden er overal ter wereld verschillende indelings- en etiketteringsystemen (I&E) gebruikt. Dezelfde stof kan in de Verenigde Staten als “toxisch” worden ingedeeld, in de Europese Unie als “schadelijk” en in China als “niet gevaarlijk”. Om deze verschillen weg te werken en de bescherming van mensen en het milieu in alle landen te verhogen, is besloten om een mondiaal geharmoniseerd classificatie- en etiketteringsysteem (GHS) te ontwikkelen onder toezicht van de Verenigde Naties. De GHS werd in 2002 officieel door het Economisch en Sociaal Comité
van de Verenigde Naties (UN ECOSOC) aangenomen en in 2005 en 2007 herzien. GHS implementatie in de EU Het GHS is een reeks van internationale aanbevelingen. De toepassing is daarom opt-in. Evenals de meeste landen, heeft ook de Europese Unie gewenst om het verplicht te stellen door het op te nemen in de wetgeving van de Gemeenschap.
Aanvullende informatie over CLP Details van de toepassing van de CLP-regelgeving op de website van de CNRS Chemische risicopreventie eenheid (in het engels). Download via deze site een folder dat de ontwikkeling van indeling en etikettering voor chemische stoffen laten zien (PDF document in Nederlands).
Consistentie met REACH De CLP-verordening omvat de noodzakelijke amendementen die uitgevoerd moeten worden in REACH en bepaalde REACH voorschriften worden hier in overgedragen:
Aangezien onder de REACH verordening de veiligheidsinformatiebladen het belangrijkste communicatiemiddel is, zullen de bepalingen inzake veiligheidsinformatiebladen daar blijven. De voornaamste wijzigingen die door de CLP-verordening worden geïntroduceerd De verordening volgt de GHS terminologie: het begrip “stof” wordt behouden, maar “preparaat” wordt vervangen door “mengsel”; het begrip “gevarencategorie” wordt vervangen door "gevarenklasse”. Met gevarenklasse wordt bedoeld de aard van het fysieke gevaar of het gevaar voor de gezondheid of het milieu. Bepaalde gevarenklassen kunnen differentiaties bevatten, terwijl andere klassen gevarencategorieën kunnen omvatten. De indelingscriteria van de twee systemen, d.w.z. de regels die gebruikt worden om te bepalen of een chemische stof tot een gevarenklasse en tot een categorie binnen deze klasse behoort, kunnen verschillen. Bovendien, wijzigingen in de grenswaarden en berekeningsmethoden voor mengsels zullen waarschijnlijk leiden tot meer chemische stoffen die onder het nieuwe systeem geclassificeerd worden. Etikettering onder de verordening omvat elementen, waarvan de meeste verschillen van de huidige die op de werkplek in Europa gebruikt worden. De vereiste informatie omvat productidentificaties, de leveranciersidentiteit, gevarenpictogrammen, signaalwoorden, gevarenverklaringen en voorzorgsverklaringen. Voor aanvullende informatie, zie de etiketteringselementen voor fysieke gevaren, gezondheidsgevaren en milieugevaren. Overgangsfase tussen de twee systemen De verordening voorziet gedurende een overgangsperiode in het naast elkaar bestaan van het huidige en CLP-systeem. Op 1 december 2010 moeten de etiketten overeenkomstig het nieuwe CLP-systeem geformuleerd zijn, maar de indeling onder het huidige systeem zal nog steeds vermeld moeten worden in het veiligheidsinformatieblad, samen met het nieuwe. Tot 1 juni 2015 staat het ondernemingen die belast zijn met etiketteren van chemische stoffen vrij om voor mengsels één van de twee systemen te gebruiken. Indien het nieuwe systeem wordt gekozen, moet het etiket dienovereenkomstig vervaardigd worden, maar beide classificaties moeten op het veiligheidsinformatieblad vermeld worden. Vanaf 1 juni 2015 zullen de huidige richtlijnen worden ingetrokken en volledig door de CLP-verordening worden vervangen.
|
|||||||||||||||||||||||||||